Op 3 juli 2020 is het eindrapport van het onderzoek ‘Opgaven en Middelen Corporatiesector’ gepubliceerd en door de minister aan de Tweede Kamer overhandigd. Uitkomst: onder de huidige omstandigheden kunnen woningcorporaties hun maatschappelijk opgaven niet volledig oppakken.

Ze komen tot 2035 zo’n 30 miljard euro tekort om aan de opgave te voldoen. Ortec Finance gaat op verzoek van Aedes en in samenwerking met ABF Research aanvullende berekeningen uitvoeren. Dat doen we met behulp van WALS. Deelnemende corporaties krijgen een rapportage en ook de individuele WALS-set. Corporaties kunnen de berekeningen dan zelf nagaan en eventueel aanvullende varianten maken. Corporaties kunnen zo zelf aan de knoppen draaien die van invloed zijn op de mate waarin zij aan de opgave kunnen voldoen.

Aedes heeft regionale samenwerkingsverbanden van corporaties (RWU, WoON Twente, SVH Haaglanden, etc.) een aanbod gedaan om de uitkomsten van het onderzoek op regionale schaal te bespreken. Van daaruit wordt een traject gestart met als doel te komen tot een gedragen beeld binnen de regio (over de opgaven en middelen), nieuwe strategische overwegingen en een gezamenlijke aanpak.

De doelen

In de kern heeft het traject twee doelen:

  • Delen van valide en vergelijkbare informatie over de stand van zaken van de opgaven en middelen in de regio: wat is er in deze regio aan de hand? Wordt het beeld herkend? Wat valt op? Doel is te komen tot een door de regio gedragen beeld over de opgaven en middelen. En om te komen tot meer inzicht en begrip voor elkaars situatie.
  • Het gesprek starten over: hoe ga je de opgaven aanpakken met elkaar? Hoe helpen corporaties elkaar? Welke kansen zien corporaties? Wat is de rol van samenwerkingspartners, wat hebben zij te doen en wat vragen corporaties van hen? Doel is om te komen tot strategische keuzes en een gezamenlijke aanpak.

Aanpak in 3 fases

De aanpak kent globaal drie fases:


Fase 1: Regionaal beeld vanuit traject Opgaven en Middelen

Het startpunt is een toelichting op het landelijk model en de gehanteerde methode. Vervolgens wordt een presentatie gegeven over het regionale beeld van de opgaven (ABF) en middelen (Ortec Finance), toegespitst op de (functionele) regio, en worden de uitkomsten besproken. Voor de complexe berekeningen zet Ortec Finance WALS in. De gecertificeerde rekenregels en de flexibel in te richten beleidskeuzes maken, dat er betrouwbare berekeningen gemaakt worden en er precies aangesloten kan worden bij de wijze waarop in het landelijke onderzoek “Opgaven en Middelen” is gerekend. Ortec Finance rekent de gehele opgave door zoals die door ABF is bepaald, maar dan dus voor de functionele regio. Daarnaast wordt ook de opgave doorgerekend die past binnen de financiële mogelijkheden van de individuele corporaties binnen diezelfde functionele regio (1). Ortec Finance werkt hiervoor met actuele data van de corporaties, maar omdat er met WALS gewerkt wordt, kost het aanleveren van die data de deelnemende corporaties geen tijd. Tijdens een bijeenkomst met alle bestuurders van het regionale netwerk wordt een discussie gefaciliteerd over het beeld dat dit oproept: is het herkenbaar? Wat is opvallend? Wat betekent dit beeld voor de aanwezigen? Wat betekent dit voor fase 2?


Fase 2: De confrontatie met de eigen koers en cijfers

In deze fase wordt, waar nodig, het model aangepast op basis van uitgangspunten en ambities van de betrokken corporaties uit het netwerk/functionele regio. Ortec Finance brengt het model op orde voor de regionaal specifieke situatie. Vervolgens wordt er een financiële doorrekening op basis van die specifieke uitgangspunten gemaakt. In wezen betreft het eenzelfde doorrekening als in fase 1, maar nu op basis van eventuele nieuwe aannames in het model en bijvoorbeeld met aangepaste bedragen voor investeringen. Het verschil in ambitie, koers en uitgangspunten wordt in beeld gebracht. Corporaties verschillen immers in hoe zij de combinatie van opgaven willen realiseren en welke keuzes zij hierin maken: Hoe kijken de deelnemende corporaties naar elkaars strategische afwegingen? Wat betekent het verschil in financiële mogelijkheden voor de individuele en collectieve keuzes? Zijn er kansen om in gezamenlijkheid andere afwegingen te maken, en meer toe te werken naar een gezamenlijke strategie waarin de deelnemende corporaties elkaar nog meer helpen om samen de opgaven te realiseren? Als eindresultaat krijgen corporaties naast een regionale rapportage met de verschillende beleidsvarianten ook een individuele rapportage én de eigen WALS-dataset zodat de berekeningen kunnen worden nagelopen en eventueel nog aanvullende eigen berekeningen kunnen worden gemaakt.


Fase 3: Toewerken naar een gezamenlijke aanpak

In deze fase wordt toegewerkt naar een gezamenlijke aanpak. Ambitie(niveau)s, (portefeuille)strategieën en financiële middelen worden op elkaar afgestemd om de gezamenlijke opgaven in de regio te realiseren. Er wordt gezamenlijk en in afstemming opgetrokken naar lokale, regionale en landelijke stakeholders.

Heb je nog vragen?

We hopen je hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Voor eventuele vragen kun je contact opnemen met Wouter Stikkelman en Frank Vermeij.

___________________________

1. Dit is een belangrijk verschil met het landelijke onderzoek waarbij per woningmarkt is doorgerekend. Corporaties herkennen dit niet altijd als hun werkgebied. Aangezien de opgave van een corporatie die geen investeringscapaciteit meer heeft, wordt verdeeld over de corporaties die dit nog wel hebben is dit een verschil dat tot belangrijke nieuwe inzichten kan leiden.

X
Cookies help us improve your website experience.
By using our website, you agree to our use of cookies.
Confirm